De Hilversumse burgemeester Pieter Broertjes heeft afgelopen jaar terecht besloten om een huis voor drie maanden te sluiten nadat er een grote drugsvangst werd gedaan. Dat oordeelt de rechter. De bewoonster van het huis had een zaak aangespannen omdat ze de sluiting onterecht vond.
De politie vond destijds een grote hoeveelheid hard- en softdrugs, maar ook wapens, versnijdingdsmiddelen, weegschalen en zakjes. De vrouw en haar partner werden aangehouden.
Door de grote drugsvangst was er al snel het vermoeden dat er vanuit het huis drugs werd verhandeld. Dat werd al helemaal duidelijk toen er klachten kwamen dat er mensen af en aan liepen naar het huis om erg snel ook weer weg te gaan. De gemeente denkt daarom dat ze langs kwamen om drugs te kopen. Burgemeester Broertjes besloot daarop het huis voor drie maanden te verzegelen.
Bewoonster naar de rechter
De bewoonster was het daar niet mee eens. Ze stelde dat ze niks afwist van de drugshandel en weer vooral naar haar vriend. De vriend woont na de aanhouding weer bij zijn moeder en dus niet meer in het bewuste huis. De vrouw noemde de sluiting bovenal te ingrijpend en ze zegt dat de gevolgen te groot zijn: ze dreigt onder meer haar huis te verliezen.
De rechter stelt nu dat haar huis wel terecht werd gesloten. Volgens de rechter heeft de gemeente goed genoeg afgewogen of er goed aanleiding was om het huis te sluiten. Op het argument van de vrouw dat ze niets afwist van de drugshandel was de rechter duidelijk: als hoofdhuurder is zijn verantwoordelijk voor wat er binnen haar huis gebeurt. Daar komt nog eens bovenop dat ze niet dakloos werd door het besluit: de gemeente had haar en haar dochter vervangende woonruimte aangeboden.