LAREN - Anna Prent (40) uit Laren werkt sinds drie jaar als vaatchirurg in het Royal Free Hospital in Londen, maar behandelt nu vooral coronapatiënten. Dat heeft alles te maken met de tweede golf en het uitstellen van de reguliere zorg en geplande operaties. Volgens Prent zijn er ongeveer 20 procent meer opnames dan tijdens de eerste golf. "We werken drie keer zo hard. Ik doe alles: lijnen prikken, mensen wassen, zusters helpen, bedden verschonen, spullen halen. Er zijn geen ranken meer in het ziekenhuis", zegt ze in De Ontbijttafel op NH Radio.
De druk op de ziekenhuizen in Groot-Brittannië is groot, vooral in Londen. Hoewel het aantal besmettingen langzaam daalt, blijft het aantal ziekenhuisopnames nog steeds hoog. Anna Prent - opgeleid als dokter in Amsterdam, maar afkomstig uit Laren - maakt het van dichtbij mee. Ze is sinds drie jaar vaatchirurg in het Royal Free Hospital in Londen, maar omdat bijna alle reguliere zorg en geplande operaties niet doorgaan, behandelt zij nu voornamelijk coronapatiënten.
In De Ontbijttafel op NH Radio vertelt Prent hoe zij deze hectische periode beleeft. "Het gaat goed, maar ik ben wel heel moe. We werken heel hard en hebben lange diensten. De ziekenhuizen zijn absoluut voller dan de vorige keer. En we zien ongeveer 20 procent meer opnames dan tijdens de eerste golf. Dat betekent dat we ongeveer drie keer onze capaciteit draaien in het ziekenhuis. Iedereen moet drie keer zo hard werken."
Toch bezwijken de Britse ziekenhuizen nog niet onder de druk. Ook lijkt het aantal besmettingen niet langer exponentieel te groeien: het R-getal, de indicator hoe snel het virus zich verspreidt, is dankzij de lockdown gezakt tot 0.6. Dit bleek uit een berekening van de universiteit van Cambridge, meldt mediapartner NOS.
Tekst gaat verder onder de video
Prent geeft aan dat haar werk enorm is veranderd sinds de coronacrisis en de tweede golf. Zo heeft ze nu de verantwoordelijkheid voor alle chirurgen die op de intensive care (ic) bijspringen, omdat ze hun eigen werk niet meer kunnen doen. "Omdat het ziekenhuis volligt en ook de ic-patiënten veel aandacht vragen, is er geen plek meer voor de reguliere zorg. En dat geldt voor elk chirurgisch specialisme. We doen geen poli's meer, alleen spoedpatiënten die binnenkomen in het ziekenhuis. Die worden wel geopereerd." Op een polikliniek kunnen mensen terecht voor een kleine behandeling door een arts.
Lange dagen
Naast dat ze zich bezighoudt met de planning, werkt Prent ook lange dagen op de ic. "Van 8.00 uur 's morgens tot 20.00 uur 's avonds. Iedereen helpt mee om te zorgen dat de patiënten zo goed mogelijk geholpen worden."
De patiënten die normaal op haar poli zouden liggen, blijven zoveel mogelijk thuis, vertelt Prent. "We proberen een vinger aan de pols te houden door telefonisch contact te zoeken met de patiënten waarvan we weten dat ze bij ons aan het wachten zijn op een operatie." Toch proberen ze er wel voor te zorgen dat semi-spoedpatiënten geholpen kunnen worden, in zogeheten 'schone' ziekenhuizen. "Hier kan dan een gedeelte van de semi-spoedpatiënten geopereerd worden."
"Wij zien bijvoorbeeld mensen die te lang hebben gewacht met de blokkade in hun been"
Maar dat neemt niet weg dat Prent de gevolgen niet ziet van het gebrek aan levering van de zorg. "Wij zien bijvoorbeeld mensen die te lang hebben gewacht met de blokkade in hun been. Soms is het dan zo erg geworden, dat het been niet meer is te redden. Dat heeft enorme consequenties op het leven van de patiënt."
Gelukkig is de - van huis uit - vaatchirurg wel al deels beschermd tegen mogelijke besmetting van het virus. Begin januari heeft Prent haar eerste injectie gehad. In eerste instantie zou ze over drie weken haar tweede prik krijgen, maar dat zijn twaalf weken geworden. Ze legt uit waarom: "Ze willen zoveel mogelijk mensen zo snel mogelijk een injectie geven, om te zorgen dat onze infectienummers naar beneden gaan."
Verschil met Nederland
Ook spreekt Prent nog veel collega's uit Nederland. En merkt ze op dat er toch wel een aantal verschillen zijn in de aanpak van het virus in de Nederlandse en Britse ziekenhuizen. Het valt haar met name op dat patiënten in Nederland makkelijker naar andere ziekenhuizen kunnen worden overgeplaatst.
"In Nederland zijn dan toch wat kortere lijnen, betere samenwerking en betere logistiek dan hier"
"Als mensen in het zuiden het heel zwaar hebben door een overload aan corona, dan wordt de zorg gewoon verplaatst naar Midden- en Noord-Nederland. In Nederland zijn dan toch wat kortere lijnen, betere samenwerking en betere logistiek dan hier. Want hier worden onze patiënten niet opeens in Noord- of Zuid-Engeland geopereerd. En omdat wij een ander zorgsysteem hebben, worden de wachtlijsten ook groter."
Maar er zijn ook overeenkomsten, vertelt Prent. "Net als Groot-Britannië, moest ook Nederland opschalen. Ze liepen daarin tegen dezelfde problemen aan als wij." Op de vraag of het aantal coronapatiënten minder wordt, zegt Prent: "We hopen van wel. We hebben afgelopen weekend wel gezien dat er een plateaufase aankomt."
