Zou het niet goed zijn als Hilversum al haar regelingen voor minima afschaft om daar vervolgens nog maar één eenvoudige regeling voor over te houden? Dat vraagt Vivienne Wesselink zich af. De Hilversumse politica van D66 komt met een plan om met nog maar één armoederegeling te werken. Dat moet een einde maken aan een wirwar aan hulpregelingen.

Juist om het overzichtelijker te maken voor de Hilversummers stelt D66-raadslid Vivienne Wesselink voor om flink te snoeien in het aantal regelingen voor Hilversummers met een kleine portemonnee. Nu zijn er simpelweg te veel, stelt ze. Voor veel mensen schrikt dat af. Ze weten niet waar te beginnen of bij wie aan te kloppen, en daardoor lopen ze subsidies mis waar ze wél recht op hebben.
"Een tijd geleden vertelde een vriendin van mij dat ze recht had op energietoeslag. Toen zei ik tegen haar dat ze dan waarschijnlijk recht heeft op veel meer, maar daar had ze helemaal geen weet van", stelt Wesselink.
Wirwar aan hulpregelingen
Hilversummers met een kleine portemonnee kunnen nu voor heel veel verschillende dingen terecht. Er zijn regelingen voor minima die willen sporten of een fiets willen kopen, maar bijvoorbeeld ook als ze een nieuwe koelkast nodig hebben.
Het zou volgens de politica goed zijn als er nog maar één regeling is. Hilversumse minima moeten dan een vast bedrag krijgen, waarmee ze zelf kunnen bepalen wat ze ermee doen. Het bedrag dat gegeven wordt hangt af van wat iemand aan besteedbaar inkomen nodig heeft, op basis van gegevens van het Nibud.
"Wie zijn wij als gemeente om ons te bemoeien hoe en waaraan onze inwoners hun geld besteden?"
Het risico van het plan is dat Hilversumse minima het geld gaan uitgeven aan dingen waar het niet voor bedoeld is en de gemeente de controle verliest. Wesselink noemt dat betutteling.
"Wie zijn wij als gemeente om ons te bemoeien hoe en waaraan onze inwoners hun geld besteden?", vraagt ze zich hardop af. "Het maakt ons niet uit waar je het geld aan uitgeeft. We gaan uit van vertrouwen."
Simpeler armoedebeleid
Het is niet de eerste keer dat de Hilversumse politieke partij probeert om tot een simpeler armoedebeleid te komen. Vorig jaar werd ook al een poging gewaagd, maar dat bleek volgens de raad toen niet het goede moment te zijn voor zo'n ingrijpende verandering.
De wereld ziet er volgens Wesselink nu anders uit. Begin dit jaar werd het rapport 'Eerlijk en eenvoudiger armoedebeleid' van het Instituut voor publieke economie gepresenteerd. Daaruit blijkt dat armoedebeleid eenvoudiger en duidelijker moet. Het rapport is voor Wesselink dan ook een belangrijke onderlegger voor haar voorstel, dat vanavond in de lokale politiek besproken wordt.
Hilversum heeft al 'bouwdepot' voor jeugd
De Hilversumse politiek nam eerder deze maand al een besluit dat erg lijkt op het voorstel van Wesselink. De raad ging akkoord met de 'bouwdepotproef'. Hilversum gaat als proef tien kwetsbare inwoners tussen de 18 en 21 jaar, die bijvoorbeeld dak- of thuisloos zijn, financieel helpen.
Deze jonge Hilversummers ontvangen maandelijks zo'n 1.300 euro, waardoor zij financiële rust krijgen én kunnen gaan werken het bouwen van hun toekomst.
Daarmee volgt Hilversum het voorbeeld van een aantal andere gemeenten in Nederland. Staatssecretaris Nobel is minder blij met dit besluit. Hij tikte wethouder Gerben van Voorden al op de vingers, maar de raad gaf hem mee om 'lekker rebels' te zijn door deze jongeren gewoon te gaan helpen.
Hilversum zou niet de eerste gemeente zijn die met een eenvoudiger beleid zou gaan werken. Wageningen werkt sinds begin dit jaar al op deze manier. Daar is het armoedebeleid rigoureus op de schop gegaan en wordt er sinds 1 januari gewerkt met één regeling.
Dat ging daar overigens niet alleen maar goed. Er waren al snel negatieve effecten te merken, omdat niet iedereen erop vooruit ging. Sterker nog: sommige inwoners met een minimuminkomen moesten er zelfs geld op toeleggen.
Voor Hilversum betekent dat dus werk aan de winkel om het wel goed te doen om kinderziektes te voorkomen. Maar eerst wil Wesselink dus weten of de lokale politiek deze kant überhaupt op wil.