Inwoners van de regio doen het goed als het gaat om het (weer) vinden van een baan.
REGIO - Werkzoekenden in de Gooi en Vechtstreek stromen na een WW-uitkering vaker door naar een baan dan gemiddeld in Nederland. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het UWV. Ruim zes op de tien mensen met een WW-uitkering in de regio vonden in 2024 weer werk. Dat is 64,3 procent regionaal tegenover 62,6 procent landelijk.
Volgens het UWV beweegt het succes van werkzoekenden mee met de economische ontwikkeling. Beroepen als artsen en juristen stromen het vaakst door naar werk; schoonmaakmedewerkers en kassamedewerkers het minst. Ook leeftijd en opleidingsniveau spelen hier mogelijk een rol.
Niet alleen landelijk, maar ook binnen de regio is er nog een verschil zichtbaar: inwoners van de omliggende gemeenten (64,7%) stromen net iets vaker door dan Hilversummers zelf (63,9%).
Mannen vaker in de bijstand
Hoewel de meeste WW'ers weer werk vinden, belandt een kleine groep in de bijstand. Dat gebeurde in 2024 bij 90 mensen in de regio, zo'n 2,8 procent van alle uitstroom. Dat is fors lager dan het landelijk gemiddelde van 3,7 procent. Hilversum kent daarbij een hoger aandeel (3,5 procent) dan de overige gemeenten samen (2,2 procent).
Vrouwen in de regio kwamen in 2024 minder vaak in de bijstand terecht dan mannen. Het UWV stelt: "De noodzaak om een beroep op bijstand te doen is minder groot als mensen een werkende partner hebben. Uit de Emancipatiemonitor 2024 van het CBS blijkt dat mannen vaker dan vrouwen meer verdienen dan de bijstandsnorm."
"Opvallend is dat vrouwen buiten de centrumgemeente Hilversum tussen 2018 en 2024 het minst vaak doorstromen naar bijstand en dat mannen in de centrumgemeente dat juist het vaakst doen."
Stijgende WW-uitkeringen
Verder blijkt uit het rapport dat het aantal WW-uitkeringen in de regio stijgt. In oktober 2025 waren er 3.017 uitkeringen: 3,5 procent meer dan een maand eerder en 7,2 procent meer dan vorig jaar. Wel is deze stijging lager dan het landelijk gemiddelde van 9,1 procent.
Vooral bij de overheid nam het aantal toe, terwijl in de bouw juist een daling werd geregistreerd.
